Leegstand in winkelstraat daalt, deze ondernemers sprongen in het diepe: ’We doen veel aan beleving’

Voor het eerst in hele lange tijd was er maandag positief nieuws te melden over de veelgeplaagde Nederlandse winkelstraat. De leegstand is flink gedaald, naar het niveau van 2011 zelfs. Maar zijn er dan meer winkels bijgekomen? Nee, dat niet. „De leegstand daalt niet per se omdat er nieuwe winkeliers zijn gestart”, stelt marktonderzoeksbureau Locatus. „Veel winkelpanden hebben een andere functie gekregen.” Toch zijn er ook ondernemers die nieuwe winkels openen. „Een kwestie van geloof in jezelf”, zegt speelgoedwinkelier Jan Poell (47). Samen met zijn broer Bart (46) opende hij in september vorig jaar een Intertoys-winkel van 800 vierkante meter in Weert. „Dat is gigantisch in speelgoedland”, zegt hij. „We hadden 350 vierkante meter, wat eigenlijk de ideale grootte is voor een speelgoedwinkel, maar we hebben hier een kelder van 450 vierkante meter die we erbij kregen toen we het pand kochten.” Beleving Dus bezitten ze nu een van de grootste Intertoys-vestigingen in Nederland. „We doen het voor het ’wow-effect’ als kinderen hier de trap afkomen”, zegt Poell enthousiast. „Op zo’n groot formaat kunnen we ook veel aan beleving doen, zoals een meet and greet met Elsa uit de film Frozen, of Pokémon-ruilmiddagen. Daarnaast is service voor ons heel belangrijk en dat hebben we voor op online. Veel mensen zien er toch tegenop om een artikel retour te sturen en alle formulieren in te vullen. Iets ruilen is bij ons geen probleem. Ik begroet elke klant met een glimlach.” Een glimlach is bij de bank niet voldoende. Daar moest Poell wel een goed verhaal hebben, want financiering krijgen als speelgoedwinkelier is niet eenvoudig. „We hebben ook eigen geld geïnvesteerd en we hebben een goede band met de bank: die weet wat we kunnen. Ik zit al sinds mijn 21e in het speelgoedvak. Mijn broer en ik zijn geboren boven de speelgoedwinkel van onze ouders.” Dat goede verhaal en vertrouwen van financiers is nodig, want de hoeveelheid speelgoedwinkels holt achteruit. Sinds 2017 is dit aantal volgens de Kamer van Koophandel met 31 procent gedaald en behoort daarmee tot de grootste daler na winkels voor foto-apparatuur. Kookbenodigdheden Het aantal winkels voor huishoudelijke artikelen ging in dezelfde periode met 30 procent naar beneden. Toch weerhield dit Robin Holleboom (33) en zijn vader Martin (65) niet om in november 2022 in Twello een winkel voor kookbenodigdheden te openen. „Het zijn drie winkels in één”, zegt Robin. „We hebben al een franchisewinkel van Xpert waar we inbouwapparatuur verkopen en we verkopen ook keukens. Er kwam een pand te koop waarin eerder een Scapino-winkel zat en die hebben we gekocht. Het heeft drie verdiepingen. Boven is de keukenshowroom, onderin de keukenapparatuur en op de begane grond hebben we een kookwinkel geopend.” Dit alles onder één naam Kookx (uit te spreken als ’kooks’). „Wij zien ook wel dat er kookwinkels verdwijnen en daarom zijn we in dit gat gesprongen”, zegt Holleboom. „De kracht zit ’m in de combinatie. Voor een kookwinkel is het najaar heel belangrijk, vanwege de feestdagen en de verkoop van cadeauartikelen. Voor de omzet in het voorjaar en de zomer hebben we een grote barbecue-afdeling toegevoegd.” In de Xpert-winkel wijst Holleboom klanten ook op Kookx. „Nu is er aandacht voor astmatische klachten bij kinderen vanwege de combinatie van koken op gas en slechte ventilatie”, zegt Holleboom. „Dat gaan we zeker merken in de verkoop van inductieplaten en bijbehorende pannensets.” Concurrentie van andere winkels met huishoudelijke artikelen vreest de Twellose keukenondernemer niet. „Mensen die dertig euro voor een pan willen betalen, kunnen bij ons niet terecht. Wij kiezen voor het hogere en meer exclusieve segment.” Verduurzaming Belangrijk is dat beide ondernemers hun pand in eigendom hebben en daarmee geen last hebben van huurstijgingen. Daarnaast investeerden beiden in verduurzaming van hun pand. „We hebben hier 72 zonnepanelen op het dak laten leggen en dat was de beste investering”, zegt Poell. „Wij hebben nu geen elektriciteitsrekening meer.” Ook Holleboom heeft gelijk de winkel verduurzaamd. „Het kostte veel geld, maar we hebben meteen de cv-ketel vervangen door een warmtepomp, waarmee we de energiekosten drukken.” Toch zijn stijgende kosten voor energie en boodschappen zorgen waarmee klanten te maken hebben. „Er blijft altijd vraag naar inbouwapparatuur”, zegt Holleboom. Jan Poell is eveneens optimistisch, hoewel speelgoed niet tot de primaire levensbehoeften behoort. „Het consumentenvertrouwen is laag, maar moet je dan bij de pakken neerzitten? Een kop koffie met een punt vlaai is toch ook geen primaire levensbehoefte? Toch hebben mensen daar behoefte aan. Mensen zijn trots op hun kinderen en hebben veel voor hen over. Samen met je kind een Lego-bouwdoos in elkaar zetten: sociaal gezien is dat héél belangrijk!”

Leegstand in winkelstraat daalt, deze ondernemers sprongen in het diepe: ’We doen veel aan beleving’

Bekijk meer van

HET BESTE VAN DE TELEGRAAF

Review Resident Evil 4: geslaagde remake van origineel

Waarom is iedereen zo bang voor omvallen ’systeembank’ Deutsche?

VDL heeft last van protectionisme VS: ’Snel eigen industriepolitiek’

Dronken in werkbus geen reden ontslag, monteur krijgt €8000 mee