Aan het einde van een eindeloze vlakte in het zuiden van Oman staan een paar keten, verderop rijden vrachtwagens af en aan. In Duqm, van oorsprong een vissersplaats, komt op het haventerrein een olieraffinaderij en industrie dat ruwe olie verwerkt tot een hoogwaardiger product. Het Nederlandse Boskalis kreeg het project gegund, vanwege het plan om eerst een polder aan te leggen, vervolgens de grond af te graven en daar de steigers en kademuur te bouwen. „Dit is goedkoper dan bouwen in het water. Ook kun je sneller werken omdat je alles kunt zien”, zegt projectdirecteur Bart Pröpper, die al bijna 30 jaar voor Boskalis werkt. Verder wordt er nog een nieuw stuk land aangelegd. „Wij hopen dat we door deze methode ook weer nieuw werk kunnen binnenhalen.” Boskalis is nu ruim 1,5 jaar aan het werk in Oman. De klus wordt in april 2020 definitief opgeleverd. De omvang van de opdracht bedraagt een half miljard euro. Het Midden-Oosten was een tijdje een moeilijke markt. „We zien gelukkig dat de overheden weer investeren”, zegt Pröpper. De regio is goed voor circa 10% van de omzet van de maritiem dienstverlener. Er zijn ook andere eisen vanuit de overheid, zo moet 10% van het personeel uit Oman zelf komen, terwijl 10% van de inkoop gegund moet worden aan lokale bedrijven. Ook zijn er afspraken om de lokale vissers en zelfs een in de buurt rondzwemmende walvissenkolonie niet letterlijk in het vaarwater te zitten. Momenteel zijn twee 400 meter lange steigers en de kilometer lange kademuur gebouwd, waar straks de olietankers moeten afmeren. Door de harde wind zit alles onder een fijne laag stof dat zelfs tussen de tanden gaat zitten. Er zijn strenge veiligheidsvoorschriften. In de zomer is het heet, waardoor personeel om de zoveel tijd moet afkoelen in speciale gekoelde ruimtes of in de schaduw moet zitten. Er zijn waterpunten, zodat de bouwvakkers voldoende drinken. In totaal zijn 25 nationaliteiten vertegenwoordigd. Verder op zee is de Helios, de nieuwste snijkopzuiger van Boskalis, bezig om de nieuwe haven op diepte te maken. Die wordt 18 meter diep en anderhalve kilometer lang. Het schip verplaatst zich per dag 100 meter door harde rotsgrond, die wordt afgevoerd naar een onderwater depot elders voor de kust. Om de Helios heen vaart een hopperzuiger, die het door de Helios achtergelaten materiaal opzuigt en daarmee moet voorkomen dat de natuur schade ondervindt van de werkzaamheden. Op de zeekaart in de stuurhut staat dat het project in een high-riskarea ligt. „Piraterij”, legt kapitein Johan Bakker uit. Hij moest de Helios eigenhandig vanuit Nederland naar Oman door het Suez-kanaal varen. Ondanks een nabij patrouillerend marineschip, heeft het met prikkeldraad beschermde schip een safe-room waarin het personeel zich bij een aanval kan verschansen. Pröpper spreekt vooral van een ’logistieke uitdaging’ in Duqm. De zeebodem in de polder is afgegraven tot minus 18 meter. Daar in is de kademuur gebouwd, die bestaat uit betonblokken van wel 80 ton. De nieuwe haven is klaar om ’nat te gaan’, dat wil zeggen dat het water er de komende weken in komt. Het water, 6000 Olympische zwembaden vol, stroomt op dit moment met behulp van hevels en pompen van de firma Van Heck uit Noordwolde de polder in. Die waren ook betrokken bij de reddingsactie van het Thaise voetbalelftal uit een grot, medio vorig jaar. Pröpper: „Die kademuur staat er ten minste voor de komende 50 jaar.”