John de Mol: ’Ik ben BN’er tegen wil en dank’

De advocaat van het miljardenbedrijf voerde aan dat nepadvertenties waarin De Mol figureert de afgelopen acht maanden niet meer zijn gesignaleerd. „Wat er wel is verschenen, is zo snel weer verdwenen dat De Mol en anderen geen bezwaar hebben kunnen maken. De aanpak heeft succes.” De verdediging van De Mol, die een contentfilter en een dwangsom eist, vertrouwde dat niet. Volgens De Mol’s advocaat maakt Facebook momenteel alleen extra werk van advertenties met het hoofd van de mediatycoon erin, omdat hij daardoor geen belanghebbende meer is. Jort Kelder steunt actie Momenteel is hij namelijk de enige die achter Facebook aanzit. Verschillende andere BN’ers hebben wel hun steun betuigd. Jort Kelder, die een stichting opzet om de strijd tegen dit soort oplichting aan te gaan, was als toehoorder bij de zitting aanwezig. Ook De Mol zelf was naar de rechtbank gekomen om het belang van de zaak te onderstrepen. „Ik ben BN’er tegen wil en dank”, vertelde De Mol aan de rechter. „Ik heb nooit iets tegen onzin gedaan, omdat het alleen mezelf betrof. Maar de echte gedupeerden zijn hier onschuldige mensen die menen dat ik ze iets aanbeveel. Daarom doe ik er iets aan.” Aanpak oplichters Facebook wilde niet in detail ingaan op de methodes om oplichters het leven zuur te maken en vroeg om een zitting achter gesloten deuren. Toen de rechter dat verzoek afwees, vertelde het bedrijf in algemene zin wat het aan maatregelen neemt. Zo probeert het frauduleuze figuren al te signaleren vóór ze een advertentie plaatsen. De advocaat van het sociale netwerk herhaalde het advies aan gebruikers om de report-button te gebruiken. Daarop overviel het kamp-De Mol de verdediging van Facebook met enkele voorbeelden van gevallen waarbij er wel melding was gedaan, maar het bedrijf géén actie had ondernomen. „De report-button werkt niet”, was het pijnlijke maar snoeiharde oordeel. Herhaaldelijk benadrukte Facebook dat het geen belang heeft bij de scam-advertenties omdat het daar zelf ook schade door lijdt, en dat het daar - ook zonder de inmenging van De Mol - al actief tegen optreedt. Toch werd naarmate de zitting vorderde, steeds duidelijker dat het bedrijf alleen wil ingrijpen op zijn eigen voorwaarden. Poppenkast Zo is het bereid om mee te werken aan de vervolging van de oplichters door hun gegevens te verstrekken aan De Mol, maar enkel als daar een rechter aan te pas komt. Vervolgens zal Facebook geen bezwaar maken, zo beloofde het. De verdediging van De Mol kon dat standpunt moeilijk geloven en vatte het cynisch samen: „De Mol moet telkens kosten maken terwijl Facebook geen bezwaar maakt. Waarom dan deze poppenkast?” Facebook verweerde zich daartegen door te wijzen naar de Europese privacyregels. Uiteindelijk bracht de zitting de partijen niet nader tot elkaar. Wel werden de eerste details besproken van een manier waarop Facebook gegevens kan verstrekken aan Nederlandse gedupeerden. Een dwangsom in het geval de advertenties terugkeren, wijst het bedrijf evenwel categorisch af. „De Mol verlangt een perfect werkend filter dat niet bestaat. Een dwangsom is uitstel van executie”, aldus de advocaat van Facebook. De uitspraak volgt over twee weken, op 11 november.