Klokkenluider zette Utrecht onder druk

Het gaat om de voormalig manager bedrijfsuitvoering van de tramlijn, Marcel van den Bosch, die eind 2016 werd ontslagen. Van den Bosch eiste in februari 2018 schriftelijk 95.000 euro van de provincie. Bij betaling zou hij afzien van ’verdere activiteiten en geen verdere kosten veroorzaken’. In een reactie laat Van den Bosch weten dat hij „slechts een deel van geleden omzetderving en reputatieschade in rekening wilde brengen.” Uit een intern memo, dat in bezit is van De Telegraaf, blijkt dat de provincie hoogst verontwaardigd reageerde op de eis van de ontslagen manager. Goed ingevoerde bronnen binnen het provinciebestuur spreken over ’oneigenlijke druk, grenzend aan afpersing’. Anoniem Toen de provincie weigerde om op zijn eis in te gaan, stapte Van den Bosch naar de pers. Hij uitte anoniem ernstige beschuldigingen. Zo zouden volgens hem provincie en gemeente in het kader van het Uithoflijn-project om onduidelijke redenen tientallen miljoenen euro’s hebben overgemaakt naar de hoofdaannemer, bouwbedrijf BAM. Ook wendde Van den Bosch zich met zijn grieven tot de oppositie in de Provinciale Staten en tot de accountant van de provincie. De provincie wil officieel niets zeggen over de kwestie. „Wij beantwoorden geen vragen over personeelsdossiers”, aldus een woordvoerder. Smaad en laster De provincie overweegt om Van den Bosch aan te klagen wegens smaad en laster na nieuwe, recente aantijgingen in het AD. ’Als een ’klokkenluider’ blijft volharden in ernstige beschuldigingen waarvoor hij nimmer een concreet bewijs of aanwijzing heeft kunnen produceren, dan ontstaat er een moment waarop klokkenluiden overgaat in lasteren’, aldus de opstellers van het memo. ’Ons inziens is die grens overschreden’. Volgens VVD-gedeputeerde Dennis Straat (Mobiliteit, Financiën en Bedrijfsvoering) maakt Van den Bosch zich schuldig aan ’kwaadsprekerij’. Met name diens beschuldiging dat er in Utrecht sprake zou zijn van ’witteboordencriminaliteit’ is bij het provinciebestuur verkeerd gevallen. Uit het interne memo, dat is bedoeld als informatierichtlijn voor gedeputeerde Straat, blijkt dat de provincie Utrecht tot nog toe bewust heeft geaarzeld met het vermelden van de opmerkelijke eis van Van den Bosch. Dit omdat de ex-manager viel onder de beschermingsclausule voor klokkenluiders. Onderzocht Het bestuur voelt zich niet langer aan die regeling gehouden nu Van den Bosch zijn beschuldigingen voortzet ’ondanks dat die zeer uitgebreid en onafhankelijk zijn onderzocht, met als conclusie dat zij niet houdbaar zijn’, aldus het memo. ’Het herhalen hiervan beschouwen wij als een strafbaar feit’. De aanleg van de Uithoflijn – een tramlijn tussen Utrecht CS en de Uithof van acht kilometer lengte – is uitgegroeid tot een van de grootste hoofdpijndossiers in de Nederlandse bouwwereld. De kostenoverschrijdingen van het project zijn ver opgelopen. De inbedrijfname wordt wegens technische problemen steeds uitgesteld. De gemeente Utrecht draait op voor een kwart van alle kosten, de provincie betaalt de rest. Sinds een jaar regent het onderzoeken en spoeddebatten in gemeenteraad en Provinciale Staten. Vijand De oppositie in de Staten ruikt bloed. Er zijn vragen over de rol van provinciedirecteur Rob Brugts, die verantwoordelijk is voor de aanleg van de tramlijn. Brugts, eerder via een BV betrokken bij bouwer BAM, is degene die Marcel van den Bosch als manager bedrijfsvoering in december 2016 ontsloeg. Van den Bosch zou ’zijn eigen koninkrijk’ hebben gebouwd en hoofdaannemer BAM tot vijand van stad en provincie hebben gemaakt. De oud-manager zou zinnen op wraak omdat hij zijn ontslag niet zou kunnen verkroppen. Volgens Van den Bosch is hier geen sprake van: „Al ben ik met oneigenlijke argumenten op straat gezet. Mijn inhuurovereenkomst werd als donderslag bij heldere hemel opgezegd. In een gesprek van vijf minuten werd me verteld dat ik een vertrouwensbreuk had veroorzaakt.”