Oranje Leeuwinnen geen topatleten

Zelfs nietszeggende WK-potjes als Frankrijk-Noorwegen (1 miljoen) of Zuid-Afrika-China (715.000) trekken ongekende aantallen kijkers. Zelfs naar Zweden-Thailand keken 530.000 mensen. Die aantallen scoren handbal, hockey en volleybal hooguit tijdens de Olympische Spelen. Achter het Nederlandse vrouwenteam draait de marketingmachine van de grootste en rijkste Nederlandse sportbond KNVB op volle toeren. Geholpen door de FIFA, die de organisatiegraad van het WK voor mannen heeft gekopieerd. Daardoor kon de wereldvoetbalbond televisierechtenhouder NOS voor het karretje spannen als aanjager van het WK-evenement op het open net. Met een geweldig avondprogramma en dito bezetting rond de Oranje Leeuwinnen in Frankrijk, waarbij gelukkig de serieuze kritische noot niet wordt vergeten. Ook als teken van de volwassenwording van het vrouwenvoetbal. Want verder vertonen de beelden vanuit de Franse stadions waarin Oranje verschijnt voornamelijk de kenmerken van een uit de hand gelopen padvindersbijeenkomst of carnavalsoptocht van oranjegekkies. Het is een verhaal met indrukwekkende cijfers, maar niet het complete verhaal. Zonder afgunstig te zijn sloeg Lidewij Welten, werelds beste hockeyster, in Telesport de spijker op zijn kop. „Ik denk dat de voetbalsters ons qua marketing voorbij zijn als je ziet wat er allemaal rond de Leeuwinnen gebeurt. Wat de ontwikkeling van de sport betreft, zijn wij een stuk verder.” Zo is het precies. Op televisie oogt het allemaal nog wel oké, maar wie de ploeg van Sarina Wiegman live aan het werk ziet, schrikt van de gebreken. Sowieso is het voetbaltechnisch niet om aan te zien behoudens enkele flarden van klasse van Lieke Martens, Vivianne Miedema en Jackie Groenen. Het lage tempo en gebrek aan techniek leiden vaak tot toevalsvoetbal, wat tevens zorgt voor vermaak. Het advies van doorgewinterde vrouwenvoetbalvolgers is om niet zoals bij mannen te kijken naar wat fout gaat, maar bij de vrouwen juist te kijken naar wat goed gaat. Als er zoveel simpels fout gaat, schiet je met zo’n benadering niets op, wil het vrouwenvoetbal zich kwalitatief ontwikkelen. Dat ontwikkelingstraject hoeft geen jaren te duren. Ongelofelijk om te zien hoe weinig atleten het team van Wiegman herbergt. Vergelijk je de voetbalsters op dat vlak met de hockeysters, handbalsters en volleybalsters, dan lopen de Leeuwinnen lichtjaren achter. Het is schrikken geblazen voor wie de snelheid, motoriek, het atletisch en conditioneel vermogen en het fysieke niveau beoordeelt. Dergelijke basisvoorwaarden voor topsport zie je wel bij de Amerikaanse vrouwen. Naast techniek is er op fysiek gebied een wereld te winnen bij de Leeuwinnen. De KNVB moet extra inkomsten uit het vrouwenvoetbal investeren in de basis. Dat levert op termijn meer op dan goede sier maken bij de buitenwacht met het trekken van de emancipatiekaart door de beloning voor mannen- en vrouweninternationals gelijk te trekken. De Oranje Leeuwinnen trekken veel aandacht, maar dat betekent niet dat het topsporters en topatleten zijn. In dit WK-veld – zeker aan de Nederlandse kant van het toernooischema – is een finaleplaats voor de ploeg van Wiegman desondanks haalbaar. De bondscoach is tot dusver trouwens de beste Leeuwin op dit WK.